Djimmah groeit in het zuid-westen van Ethiopië in de provincies Kaffa en Illubabor. De struiken groeien op een hoogte tussen de 1500 en 1800 meter in een bosrijke omgeving. Doordat de koffiebessen in het wild groeien in een dichtbeboste omgeving kenmerken de Ethiopiërs deze koffie als onbeschaafd en ongezuiverd, een echte spannende, wilde boon! De boon heeft een cafeïnegehalte van 1,2 procent en wordt handmatig geplukt tussen november en april. De Djimmah koffie wordt ongewassen te drogen gelegd voor 3 tot 4 weken. Zodra het vochtgehalte zo’n 11,5 procent is, is de koffie klaar om gebrand te worden.
Koffie is een van de belangrijkste exportproducten van Ethiopië. Het drinken van ‘Buna’, de naam van koffie in het Amhaars, staat bol van tradities. Zo wordt de koffie bereid door de vrouw des huizes in een prachtig wit gewaad en wordt de vloer van een Toekel (Afrikaans huis) opgevuld met verse groene papyrusbladeren of grassprieten. Wit staat in Ethiopië symbool voor vrede en groen voor vruchtbaarheid en voorspoed. De uitnodiging voor de Ethiopische Buna ceremonie staat voor vriendschap en respect.